Soms kan ik zo jaloers zijn. Groen en geel zien. Vol afgunst kijk ik dan bijvoorbeeld naar het (bijna) perfecte leven van de broer die elke week kleinkinderen te logeren heeft die hem de liefste opa van de wereld vinden. Zelfs liever dan hun biologische opa.
Nu ik in dat pensioengat ben gedonderd, begroot het me dat ik dertig jaar
geleden niet de tegenwoordigheid van geest had om wat meer aan de toekomst te
denken en me voort te planten. Maar die tegenwoordigheid was toen vaak ver te
zoeken, evenals de toekomst.
Ik benijd
onze nieuwe kennissen in het dorp, die binnen een jaar al meer medebewoners
kennen dan wij in de vier jaar dat we hier huis houden. Toegegeven, zij hebben
een aardige hond, waardoor zij makkelijk contact maken. Die aso chihuahua’s van ons schrikken potentiële contacten juist
af met de oorverdovende uitingen van hun napoleoncomplexjes. Maak dan nog maar eens
vrienden. Bovendien zijn de nieuwe kennissen echt mensenmensen. Terwijl het maar niet tot mijn
Gyp wil doordringen dat de meeste mensen deugen.
En dan die
vriendin die in den vreemde op huizen en haarden, honden en paarden van expats
past, die het thuisland even aandoen. Ligt ze weer aan een of ander privé zwembad
met uitzicht op Alpen of Apenijnen, of hoe die kutbergen ook mogen heten. Na
haar tweede Gin Tonic neemt ze een frisse duik, zodat ze klaar is voor de
derde. Telkens een nieuw avontuurlijk perspectief. Zit ik hier, niet alleen in dat
pensioengat, maar ook nog eens in een gat in Noord Groningen met een partner
die nog zeven jaar moet werken en mijn vrijheid die afhangt van de oppasbereidheid van de buurvrouw.
De bezoekers
van het concert van de Red Hot Chilli Peppers, die uit volle borst alle nummers
van hún band meezingen. De passie waarmee ze zich overgeven! Of
Gyp, die met schorre stem en glanzende ogen thuiskomt van een concert van
Rammstein en het ene superlatief na het andere op dat optreden loslaat. Het enige waaraan ik me ooit volledig heb overgegeven is De Man. En de Volgende
en de Volgende… Ik heb een passie voor passie, maar om nu weer een relatie, een zelfs lichtelijk stabiele, relatie, hieraan op te offeren? We weten allemaal hoe dat afloopt...
Zouden er
ook mensen jaloers zijn op míj? En waarop dan? Op mijn jeugdige looks? Die
vallen vies tegen van dichtbij. De zwaartekracht heeft ook mij niet links laten
liggen.
Mijn jonge partner? Tegen de tijd dat hij met pensioen mag, ben ik 74! Op die
leeftijd overleed mijn vader, en ik lijk steeds meer op hem…
De eigenschap om me als een kameleon aan te passen aan de steeds andere habitat
die elke nieuwe Man met zich meebrengt? Kun je ook als zwakte zien. Gebrek aan
eigenheid.
En toch was er iemand die wel eens met een schuin oog naar mij keek. Die ook
wel had willen studeren, maar de oorlog... Die de aandacht van mijn vader, haar
man, maar moeilijk met mij kon delen. Die stiekem best van de vrijheid van de
kinderloosheid had willen proeven, maar altijd een reden wist te verzinnen voor
feestjes in bed, die uitmondden in vijf kinderen, tot de huisarts haar in 1960 na
het laatste kind de pil voorschreef. Zij, die al die wisselende partners van
mij reuze boeiend vond, en bij de laatste zoiets had van: ‘deze moet je maar
houden’. En die doodging, geheel tegen haar zin.
Wie moet er
nu nog jaloers op mij zijn…
Ik, Een klein beetje jaloers. Omdat je een geniaal schrijver bent, en jij durft het. Iemand vroeg me vorige week hoe het met mijn zus ging, met jou... Nou dat, beetje jaloers ben ik wel.
BeantwoordenVerwijderenIk ben na lezen van deze blog best wel een beetje Jacop je Tjits groet uit Frankrijk van Henny
BeantwoordenVerwijderenGoh Tjitske, wat een mooi blog. Zo open, dat het schrijnt en dan weer relativerend wijs. Knap hoor. We worstelen ons soms echt door het leven. Reken maar dat dat voor (bijna) alle mensen geldt. Liefs Aletta
BeantwoordenVerwijderen