maandag 15 februari 2016

Heimwee


Afscheid nemen wordt nooit mijn hobby. Als kind verstopte ik me onder mijn bed, wanneer mijn ouders een avondje weg gingen. Eén avond. Dan bleef ik net zo lang wakker tot ze weer veilig thuis waren. 

Een jaar of acht was ik toen ik mocht logeren bij de opa en oma van mijn vriendinnetje Colette. Maatje petite, exotisch, donker pagekopje en dromerige, zwarte kijkers. Haar elegante moeder, die ook overdag make-up droeg en sigaretten rookte door een paarlemoeren mondstuk, was zo van de cover van het maandblad Avenue gestapt. Colettes ouders waren gescheiden, zo werd er gefluisterd. Haar vader, een charmante Dick van Dyke look-a-like, reed in een rode sportwagen cabriolet. De familie was duidelijk boven mijn stand, maar toch zag Colette potentieel in mij als vriendin. Omdat ik een goede leerling was aan wie ze zich hoopte op te trekken, of omdat ik een brutaaltje was, geen idee. Haar licht geaffecteerd sprekende, maar reuze aardige grootouders, woonden in een sprookjeshuis in het Hattemer bos. Colette en ik mochten samen in een enorm tweepersoonsbed slapen. Mijn eerste tweepersoonsbed ooit (er zouden nog vele volgen). Het bed stond in een ruime, goed verlichte kamer op de eerste verdieping. De hoge ramen boden uitzicht op gebladerte dat trilde van lentezin. Eenmaal goed en wel in de pyjama en onder de wol, kreeg ik het te kwaad en kon opa mijn vader bellen om me op te halen. Typisch geval van heimwee.

Toen mijn ouders een paar jaar later een weekje naar Luxemburg gingen, zonder de kinderen, hadden ze mij bij Truusje gestald. Het sneuste meisje van de klas; mollig, vet slierthaar en een Momfert de Molbrilletje. Ik denk dat ik het toen al voor de underdog wilde opnemen. Op de dijk van het Zwarte Water, ons speelterrein, had een hooibrandje gewoed. Nadat het was geblust, gingen we op onderzoek uit. We vonden een egel met ernstig verbrande stekels. Het diertje kreeg een doos in de kelder die hij verstonk met de geur van schroeihaar. Truusje en ik speelden vader en moedertje met Prikkie als kind. We gaven hem melk op een schoteltje en fluisterden zoete woordjes tegen de patiënt. Hoe goed we ook voor ons kind zorgden, het mocht niet baten, hij overleed aan zijn verwondingen.

We speelden dat vader (Truusje) naar zijn werk ging. Moeder zwaaide hem uit. Bij het afscheid kusten we elkaar onwennig op de mond, waarbij een onverklaarbare tinteling mijn lendenen verraste. Dat smaakte naar meer! Het was mijn eerste erotische ervaring ooit (er zouden nog vele volgen, maar dan met jongens). Ondanks deze nieuwe sensatie ging ik elke dag na school eerst naar mijn eigen huis, waar ik dan zat te huilen op het trapje naar de voordeur. Mijn jongste broertjes logeerden bij de buren en vonden mij maar stom. Ik was toch ouder dan zij? En zij hoefden toch ook niet te huilen? Nou dan! Ik huilde tot mijn ouders terugkwamen, een dag eerder dan gepland. Ook zij hadden heimwee. 


Pas toen ik serieuze belangstelling voor jongens ontwikkelde, verminderde de heimwee naar mijn ouders. Toen sloeg ik meteen maar door naar de andere kant. Op een huifkarrentocht van Amsterdam naar Zwolle, met kinderen en jeugdleiders van clubhuis de Klooienberg, kwam mijn vader me voortijdig in Nunspeet ophalen. Voor een herexamen geschiedenis, anders ging ik niet over naar de tweede van de MMS. Twaalf was ik intussen. Deze keer sloot ik me op in de wc van de camping waar we op dat moment ons bohemien kampement hadden opgeslagen van drie huifkarren, de knalgele Bonanza Expres, een witte MG sportwagen zonder bougies, maar met paard, en een eenpersoonshuifkar. Mijn vader bonkte op de toiletdeur en dreigde en smeekte. Ik wilde niet mee; mijn vriendje zat ook bij de club. Het was mijn eerste vriendje ooit (en er volgden nog vele). Heimwee naar huis werd ineens kinderachtig.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten